Energie-Nederland en TU-Delft organiseerden op 17 mei jl. een energiedebat in aanloop naar de Europese Verkiezingen. Vertegenwoordigers van GL-PvdA, VVD, CDA, D66, NSC, Volt en JA21 kruisten de degens over energie-onafhankelijkheid, de rol van innovatie en betaalbaarheid. Dion Huidekooper (Voorzitter van de Jonge Klimaatbeweging) begeleidde het debat waarbij hij heel goed de moeilijke keuzes, overeenkomsten en ideologische verschillen aan het licht bracht.
Het debat bestond uit drie rondes waarbij politici eerst de kans kregen om hun standpunten kenbaar te maken, waarna een fact forum bestaande uit wetenschappers van de TU-Delft een kritische reflectie leverde. Ook het publiek, bestaande uit studenten, academici en professionals uit de energiesector, kreeg ruimschoots de kans om vragen te stellen.
Bas Eickhout (GL-PvdA) domineerde het debat rondom energie-onafhankelijkheid door te wijzen op de belangrijke afwegingen die de EU de komende tijd moet maken, zoals welke industrie kan en behouden moet blijven. Ook betoogde hij, in tegenstelling tot Fabiènne Hendricks (VVD) en Robbert van Eerd (CDA), dat complete onafhankelijkheid onmogelijk is vanwege het gebrek aan kritische grondstoffen op Europese bodem.
Over het belang van innovatie en techniek stimuleren, vonden Volt en JA21 een onverwachtse consensus. De meningen liepen echter uiteen rondom de mate van regulering en het opstellen van doelen voor innoverende partijen. Waar Volt klimaatneutraal als doel stelt voor 2040, wil JA21 deze doelen schrappen en marktpartijen in plaats van de politiek leidend maken in het oplossen van de klimaatcrisis.
Laura de Vries (D66) en Jamilja van de Meulen (NSC) voerden een passievol debat over het belang van draagvlak en betaalbaarheid. Zo moeten EU-subsidies en doelen begrijpelijker worden voor de niet-energie experts in de samenleving. Ofschoon beiden deze principes hoog in het vaandel hebben, verschillen zij aanzienlijk in hun aanpak. D66 wil graag doorpakken met de klimaatambities op Europees niveau; NSC wees echter op het risico van afnemend draagvlak bij een te hoog tempo.
Het debat was energiek en inhoudelijk sterk waarbij ideologische verschillen duidelijk naar voren kwamen. Het is duidelijk waar kiezers voor kunnen kiezen en wat deze keuze betekent voor de toekomst van het Europese klimaat- en energiebeleid. Energie-Nederland is dan ook trots dat zij, samen met de TU Delft, heeft bijgedragen aan het informeren van de kiezer.
Energie-Nederland heeft zes aanbevelingen opgesteld richting de Europese Verkiezingen die cruciale bouwstenen vormen voor de komende jaren. Sommigen tonen uiteraard overeenkomst met de debatthema’s zoals:
- Het ontwikkelen van een Europese visie op de leveringszekerheid van energie.
- Het borgen van een rechtvaardige transitie voor alle Europese consumenten.
Lees hier alle zes aanbevelingen van Energie-Nederland voor een Europese energietransitie.