Op 6 september presenteerden GroenLinks en PvdA een sympathiek plan voor de compensatie van de hoge energierekening tijdens het televisieprogramma Op1. Het voorstel betreft een maximumprijs voor het gemiddelde energiegebruik van een huishouden. Gebruikt een huishouden meer dan het gemiddelde, dan geldt het normale (markt)tarief. De leverancier krijgt het verschil tussen de marktprijs en de maximumprijs vanuit de overheid vergoed.
Energie-Nederland pleit al langer voor een breed pakket aan compenserende maatregelen en is blij met de aandacht en concrete suggesties die politieke partijen hebben voor dit belangrijke onderwerp. Zonder gerichte maatregelen raken grote groepen huishoudens alsnog in de financiële problemen.
Voorkeur Energie-Nederland ligt bij inkomensafhankelijke belastingkorting
De voorkeur van Energie-Nederland gaat echter uit naar een directe inkomensafhankelijke compensatie via de energierekening. Het liefst door aan de knoppen van de energiebelasting te draaien. Dit is de meest efficiënte route omdat dit een al bestaande geldstroom is via de energieleveranciers en zij dit redelijk eenvoudig in hun factuursysteem kunnen verwerken. Een belangrijke voorwaarde is wel dat de overheid vaststelt welke inkomensgroepen voor ondersteuning in aanmerking komen en de energieleveranciers informeren voor welke adressen dit het geval is. Met deze voorgestelde compensatie is het ook mogelijk om het voorschotbedrag (bij een gemiddeld verbruik) van 400 euro naar 240 euro terug te brengen. Maar dan gericht op de inkomensgroepen die dit het meeste nodig hebben.
Energie-Nederland heeft nog niet alle details over het plan van GroenLinks en PvdA ontvangen, en vooralsnog is het onduidelijk hoe de energieleveranciers voor het verschil tussen de marktprijs en de maximumprijs gecompenseerd zullen worden. Gezien de situatie op de markt en de positie van leveranciers moet dit gelijktijdig gebeuren. Anders komen energieleveranciers in de financiële problemen. Het failliet gaan van energieleveranciers, met een mogelijk domino-effect naar andere leveranciers, zal verstrekkende gevolgen hebben waarvan de consequenties op dit moment niet te overzien zijn.
Haast in de besluitvorming is geboden
Welke compensatie-route er uiteindelijk ook wordt gekozen, de administratieve impact op de factureringssystemen van de energieleveranciers is groot. Daarom is het belangrijk dat er zo snel mogelijk duidelijkheid komt over de gekozen route. De door Energie-Nederland voorgestelde oplossing van een inkomensafhankelijke vermindering van de energiebelasting kan bij snelle besluitvorming op 1 januari 2023 ingaan.
Indien de politiek deze optie zou wensen, zijn wij bereid te onderzoeken of dit kan per 1 januari 2024. Dat heeft er met name mee te maken dat voor elke individuele verbruiker moet worden vastgesteld wat het verschil tussen is tussen het ingestelde prijsplafond en de prijs in het lopende contract. Die prijs is voor elke klant anders, afhankelijk van het moment van afsluiten van het contract. En daarmee is de compensatie voor elke klant anders. Dit is zowel voor de overheid als de leverancier een lastig te implementeren proces.