Energie-Nederland bereidt zich voor op de Europese verkiezingen van 6 juni. Een succesvolle energietransitie is essentieel als we energie in Europa betaalbaar en betrouwbaar willen houden. Ook leidt het tot een welvarend en toekomstgericht Europa. Alleen als de juiste randvoorwaarden worden gecreëerd, kunnen de leden van Energie-Nederland deze uitdaging aangaan. We hebben zes aanbevelingen geformuleerd voor Europese beleidsmakers:
1. Kies heldere punten op de horizon voor 2035 en 2040
Op de weg naar een klimaatneutraal 2050 moeten ook heldere tussendoelen gesteld worden. Energie-Nederland ondersteunt de EU-doelstelling om in 2040 een emissiereductie van 90% te realiseren. Daarnaast moet ons nationale doel van een CO2-vrije elektriciteitssector in 2035 ook op Europees niveau gaan gelden. Verder moeten deze doelen geflankeerd worden door een ambitieus klimaatpakket voor elektronen en moleculen, een vruchtbaar investeringsklimaat, en een goede balans tussen emissiereductie en inzet van negatieve emissies.
2. Borg een rechtvaardige transitie voor alle Europese consumenten
De energietransitie moet ervoor zorgen dat alle consumenten, zowel kleine als grote afnemers, duurzame energie kunnen gebruiken en betalen. Alle gebruikers moeten de mogelijkheid hebben om een leverancier te kiezen die het beste aansluit bij hun behoeften. Eerlijke concurrentie en een rechtvaardige kostenverdeling leiden tot lagere prijzen. Huishoudens moeten praktische hulp ontvangen bij het verduurzamen van hun woningen. Voor grotere verbruikers is het bestaande EU ETS de belangrijkste aanjager voor de transitie. Echter, een snelle transitie met behoud van belangrijke sectoren vereist pan-Europese gerichte steun in plaats van individuele beleidsmaatregelen van lidstaten. Men kan bijvoorbeeld een Europees Carbon-Contract for Difference instellen om zo bij te dragen aan de decarbonisatie van de Europese industrie en de Europese strategische autonomie te borgen.
3. Moedig consumenten aan om over te stappen op schone elektriciteit, warmte of waterstof of groen gas
Om CO2-uitstoot te reduceren, prijzen te stabiliseren en onze strategische autonomie te verbeteren, moeten consumenten overschakelen van (grotendeels geïmporteerde) fossiele brandstoffen naar hernieuwbare elektriciteit, warmte, waterstof of groen gas. Maak deze overstap aantrekkelijk door lidstaten te stimuleren specifieke elektrificatiedoelen te stellen, door energie te belasten op basis van de energie-inhoud en door na 2030 de prijslimiet in ETS2 vrij te laten. Daarnaast moet de EU voldoende capaciteit op het elektriciteitsnet realiseren, nettarieven verlagen, en voorlopers in de energietransitie beschermen tegen oneerlijke internationale concurrentie.
4. Ontwikkel een Europese visie op de leveringszekerheid van energie
De invasie van Rusland in Oekraïne resulteerde in een ongeëvenaarde energiecrisis. De energie-zelfvoorzienendheid van Europa is in decennia niet zo laag geweest. Omdat te veranderen zijn forse investeringen nodig. Investeerders hebben behoefte aan zekerheid voor grote investeringen in de exploitatie en productie van energie. Zorg,bijvoorbeeld, daarom voor eigen gasproductie zolang gas nodig is en zet daarnaast in op meer hernieuwbare energie- en waterstofproductie in Europa. Europa hanteert terecht strenge milieuregels om methaanuitstoot te voorkomen bij het produceren en transporteren van gas. In veel landen waar we nu gas uit importeren, wordt hier nauwelijks naar gekeken. Creëer een gelijk speelveld tussen Europese productie en import van (LNG) gas door het harmoniseren van duurzaamheideisen rondom (internationale) methaanemissies met aandacht voor de betaalbaarheid. Verhoog de leveringszekerheid van elektriciteit door lidstaten meer flexibiliteit te geven om investeringen in CO2-vrij regelbaar vermogen te bevorderen.
5. Vertrouw op marktprincipes om consumentenkeuzes te optimaliseren
Tijdens de energiecrisis werden beleidsmaatregelen ingevoerd die ingrepen in de vrije prijsvorming van energie. Prijssignalen zijn echter de beste manier om schaarste in de markt te duiden, en daarmee consumenten- en producentenkeuzes te beïnvloeden. Landen buiten de EU gebruiken energie als een geopolitiek instrument. De EU moet handelen om de risico’s als gevolg hiervan te minimaliseren. Echter, wanneer energie zich binnen de Europese grenzen bevindt moet vrije prijsvorming het uitgangspunt zijn om de verdeling van energie tussen afnemers te optimaliseren. Vanzelfsprekend moeten lidstaten vrij zijn om kwetsbare afnemers te beschermen tegen prijsschommelingen door middel van doelgerichte steunmaatregelen.
6. Ontwikkel een pan-Europese energie-infrastructuur voor een koolstofarme economie
Er is een hele forse uitbreiding van de infrastructuur nodig, zowel op land als op zee, om energieprijzen te verlagen en een koolstofarme economie te realiseren. Elektriciteitsnetwerken moeten worden uitgebreid om de grootschalige elektrificatie te faciliteren. Bovendien zijn waterstof- en CO2-netwerken nodig voor bedrijfsprocessen die niet geschikt zijn voor directe elektrificatie. Om een echt Europees energiesysteem te ontwikkelen, moet een pan-Europese onshore en offshore infrastructuur top-down – met in achtneming van de lokale omstandigheden – worden ontwikkeld, waarbij internationale vraag- en aanbodpunten verbonden zijn. Verschaf tot slot investeringszekerheid aan marktpartijen door gemeenschappelijke marktregels voor offshore elektriciteitsnetten, waterstofinfrastructuur en -kwaliteit te ontwikkelen.